Architectuur en ecologie

 

Alexis Versele doceert aan de KU Leuven, Technologiecampus Gent en is daarnaast ook voorzitter van Domus Mundi vzw en vennoot van de coöperatieve architectenvennootschap BAST Architects & Engineers.

Alexis, hoe is dat voor jou? Vanuit welk perspectief ben je hierin terechtgekomen? 

De Focolarebeweging heeft me geleerd om het evangelie te benaderen als een bron om van te leven. Zoals Chiara Lubich en haar eerste vriendinnen het evangelie centraal stelden in hun dagelijks leven, heb ik begrepen dat ook ik het evangelie kon beleven als architect in mijn relatie met de klant, collega, … . Ik heb hierin een bevestiging gevonden toen ik als jonge twintiger Ronchamp in Frankrijk ben gaan bezoeken waar de kapel “Notre Dame du Haut” staat. Een gebouw van een ongelofelijke poëtische kracht. De lokale pastoor had een boekje geschreven met als titel “Un Evangile selon Le Corbusier”. Het boekje was voor mij een bevestiging dat ook ik, zoals Chiara in de begintijd, als architect geroepen was om het evangelie als het ware te herschrijven vanuit mijn handelen.

Op welke manier het evangelie trachten te herschrijven in mijn professioneel leven? Voor mij is een woning pas geslaagd wanneer de klant ze zich volledig kan toe-eigenen, ook het ontwerp. Ik heb er geen moeite mee wanneer de klant zegt: “ik ben de ontwerper van deze woning” integendeel. Ook al heb ik het ontwerp gemaakt, Ik probeer de nederigheid te hebben om aan de andere het auteurschap te gunnen en los te komen van mijn eigen ego. De kwaliteit van een ontwerp ligt in het luisteren en de dialoog die ontstaat tussen mijn klant en mezelf.

Een collectief proces

Toen ik de architectuur van het Sanctuarium Maria Theotokos in Loppiano gezien heb was de schok nog groter. Niet alleen omwille van de architectuur maar vooral door het gesprek nadien met één van de architecten die me zei dat het ontwerp er gekomen is vanuit een collectief proces. De spiritualiteit heeft me doen inzien dat het creatieve zoveel sterker kan zijn in de mate dat ik er een zo’n proces kan van maken. Ik heb dat meermaals in mijn praktijk ervaren als een “collectieve cultuur van de ontmoeting”. Ook met potentiële concurrenten kan dat. Ik heb ooit een heel mooie samenwerking gehad met een concurrent die ik aanvankelijk had gewantrouwd in het delen van professionele kennis.

Inclusief bouwen en wonen

Mijn interesse voor ecologie is de belangrijkste drijfveer geworden van mijn architectuurpraktijk. Geleidelijk ben ik me beginnen storen aan het elitaire karakter van mijn aanpak. Onze klanten waren tweeverdieners die goed bemiddeld waren en het konden veroorloven om in een verkaveling een bio-ecologische passiefwoning te realiseren. Met een aantal collega’s ingenieurs bouwkunde ben ik beginnen nadenken over “Bouwen en Wonen met en voor kwetsbare groepen” en van daaruit zijn een aantal projecten rond “inclusief bouwen en wonen” ontstaan. We kregen bijvoorbeeld een opdracht van de gevangenis van Oudenaarde om een ruimte een meer menselijk karakter te geven. Vanuit onze bezorgdheid om de kloof tussen de gevangeniswereld en de buitenwereld te verkleinen, stelden we voor om het ontwerp te maken samen met de gedetineerden zelf en ook vrijwilligers van buiten de gevangenis actief te betrekken. Ons project REWIND heeft ondertussen geleid tot de oprichting van een vastgoedbedrijf voor de huisvesting van kansengroepen en een tweede voor de tewerkstelling in de bouw van diezelfde kansengroepen.

De uitdaging van de dialoog

Iedere beproeving die op mijn weg komt heb ik dankzij de spiritualiteit van de eenheid leren zien als een kans om te groeien. Zoals ik daarnet al zei met een concurrent, maar ook met collega’s. Op een dag kreeg ik van een collega die ingenieur is in een andere discipline dan de mijne, het verwijt dat ik teveel gebruik maakte van zijn labo. Het kwam tot een hoog oplopende ruzie. Nadien hebben we geprobeerd om mekaar te begrijpen ipv wederzijdse wrok te koesteren. Uiteindelijk zijn we beginnen samenwerken. Sindsdien hebben we een hele fijne samenwerking. Ik hou van dialoog in een multidisciplinaire samenwerking.

“Quadrupel Helix”

Ik geloof ook heel sterk in samenwerking tussen (1) overheid, (2) de bedrijfswereld, (3) het maatschappelijk middenveld en (4) de academische wereld. We noemen dit de “Quadrupel Helix”. Ik hou ervan als we de neuzen in éénzelfde richting kunnen krijgen. Ik beschouw mezelf als een bruggenbouwer. Ik streef ernaar mensen te verbinden. Ook hier is luisterbereidheid essentieel. Dit is de enige manier om maatschappelijke impact te realiseren. Dit is de sterkte van eenheid in de diversiteit.

Een concreet voorbeeld uit mijn praktijk

RenoseeC is een project van stadsvernieuwing door woningrenovaties met een collectieve aanpak. Vanuit een nauwe samenwerking met de stad Gent (woondienst en de dienst milieu en klimaat) hebben we een wijkrenovatieproject gerealiseerd in de Dampoortwijk met een groot consortium van (1) bouw-gerelateerde bedrijven (fabrikanten, aannemers, architecten), (2) middenveldorganisaties (Samenlevingsopbouw, …) en (3) kennisinstellingen. De ambitie van RenoseeC is om in bouwkundig en sociaal achtergestelde wijken woningen te renoveren voor eigenaars-bewoners en eigenaars-verhuurders. De meeste verbouwers zijn middenklasse eigenaars. Er is een belangrijke valkuil in deze aanpak: omdat we werken aan de woningkwaliteit in achtergestelde wijken bestaat de kans dat de marktprijzen lokaal gaan stijgen. Om sociale verdringing te vermijden hebben we oplossingen uitgewerkt om ook kwetsbare bewoners mee te nemen in de renovatiecampagne. We streven ernaar om per wijk minimaal 20% kwetsbare bewoners te bereiken. Enerzijds zijn er de noodeigenaars voor wie we met het OCMW Gent een financieel-technisch concept hebben uitgewerkt. Anderzijds hebben we een model uitgewerkt waarmee we het huuraanbod voor kwetsbare huurders kunnen vergroten. We hebben een Turk in dienst genomen om de Turks sprekende bewoners te kunnen bereiken.

“Prophetic Economy”

Als antwoord op onze sociale ongelijkheid en ecologische problemen in de wereld, bestaat de uitdaging in het zoeken naar sociale en ecologische impact bij het ondernemen. “Prophetic Economy” is een initiatief van Focolare in een partnerschap met een aantal NGO’s die heel complementair zijn met het project van Gemeenschapseconomie: “ATD Quart Monde – Vierde Wereldbeweging”, een beweging die strijdt tegen armoede in ontwikkelingslanden en “Nomadelphia”, een organisatie voor adoptie van weeskinderen en “Slotmob”, een organisatie die jongeren uit een gok- en/of spelverslaving wil halen….

Ik heb de kans gekregen om een 7-tal studenten mee te nemen naar het congres in Rome over dit soort Prophetic Economy. We plannen een Prophetic Economy event in België op 12 oktober 2019.

 

Lees ook