Een congres aan de Theologische Faculteit te Innsbruck: gemeenschap van gedachte en geest

 

Congres aan de Theologische Faculteit te Innsbruck (Oostenrijk) aan het einde van enkele jaren van intellectuele activiteit en existentiële oefening.

“Naar alle bloemen kijken” is een ongewone titel voor een theologisch congres en bovendien in een zo prestigieuze context als die van de theologische faculteit van Innsbruck, die insiders identificeren met de naam van Karl Rahner, die begraven ligt in de grote Jezuïetenkerk die de twee vleugels van het Athenaeum van elkaar scheidt.   Het is veelzeggend dat dit Congres hier in de prestigieuze Leopoldzaal werd gehouden, die gekenmerkt wordt door een grote opkomst (ongeveer 100 personen) met 150 luisterplaatsen in andere continenten.

Dit was geen op zichzelf staande gebeurtenis, maar veeleer de afsluiting van een traject die bijna tien jaar geleden begon met een door de Focolarebeweging georganiseerde christen-moslimconferentie, gebaseerd op een uitwisseling van ervaringen in de ‘dialoog van het leven’. Twee professoren van de Oostenrijkse theologische faculteit – R. Siebenrock en W. Palaver – die aanwezig waren op de conferentie toonden grote belangstelling voor deze ervaring van dialoog. In de daaropvolgende maanden hebben zij, in contact met de spiritualiteit van de Focolarebeweging ook een bezoek gebracht aan het nieuwe instituut van de Universiteit van Sophia en aan het Internationaal Centrum voor Interreligieuze Dialoog van de Beweging. Dit leidde tot het idee om een onderzoeksgroep te vormen met academici uit beide godsdiensten om aspecten van deze spiritualiteit vanuit beide perspectieven te onderzoeken. Sindsdien komt deze groep – clusters genaamd – bestaande uit een twintigtal mensen met verschillende achtergronden elk jaar eind augustus een paar dagen bijeen. Vanaf het begin was het niet alleen een intellectuele en academische activiteit, maar ook een existentiële oefening die de geleidelijke opbouw van diepe persoonlijke, culturele, religieuze en intellectuele relaties mogelijk maakte. De laatste jaren gaat de belangstelling van de groep vooral uit naar enkele mystieke pagina’s van Chiara Lubich. Deze passages, waaronder de passage die de titel van de conferentie draagt, werden zowel vanuit christelijk (katholiek en gereformeerd) als moslimperspectief (soennitisch en sjiitisch) diepgaand bestudeerd. Aan het eind van dit traject werd besloten een academische conferentie te organiseren om de rijkdom van deze overwegingen te delen.

De conferentie van deze dagen heeft deze ervaring opengesteld voor een academisch publiek, en niet alleen, vooral Duitstalig dat in de stijl, de taal en de denkcategorieën van dit deel van Europa uitdrukking heeft gegeven aan een recent geestelijk erfgoed (dat van Chiara Lubich) dat echter in staat is denkers van verschillende origine, zowel etnisch als cultureel, en vooral religieus en niet-religieus, te doen samenvloeien: katholieken, gereformeerden, moslims en marxisten.

Na een theologische reflectie over de passage waaraan de manifestatie haar titel ontleent – een interventie van de gereformeerde theoloog Stefan Tobler – volgden andere reflecties en rondetafelgesprekken waaruit de ervaringen van intellectuele en spirituele gemeenschap naar voren kwamen die deze geleerden – christenen en moslims – al jaren beleven.  Zoals een kunstenaar uit Genève die aan de werkzaamheden deelnam opmerkte, was er een duidelijk getuigenis wanneer een groep het podium betrad om meerstemmig zijn bijdrage te geven. Dit is iets wat men zelden aantreft in de academische wereld en wat in deze dagen het congres kenmerkte met een belangrijke dimensie: de gemeenschap van gedachte en geest.

Bovendien bood de aanwezigheid van katholieken, gereformeerden, marxisten en moslims een opmerkelijke dwarsdoorsnede van denkrichtingen, academische maar ook culturele en religieuze gevoeligheden, hetgeen niet gemakkelijk te vinden is in de wereld van vandaag waar de polarisaties sterk zijn, zelfs in de academische en culturele sferen.

Lees ook