Gemeenschapseconomie en armoede: een andere kijk om met armoede om te gaan

 

Sanze Geneviève, uit de Centraal Afrikaanse republiek, economiste van opleiding, momenteel algemeen raadgever voor Economie en Werk binnen de Focolarebeweging. Ze is tevens lid van het Dicasterie (onderdeel van de Romeinse Curie) voor de Leken, het Gezin en het Leven.

In Nieuwe_Stad 2021 – 3

Geneviève Sanze: Tijdens de dertig jaar dat de Gemeenschapseconomie bestaat, is er veel nagedacht over armoede. De armoede waarover we hier spreken is geen vrijwillig gekozen armoede, maar armoede die iemand overkomt op een bepaald moment. Arm zijn omvat niet de gehele persoon en niet het hele leven. Het gaat om tekorten – financieel, economisch, sociaal – die door de levenssituatie uitgelokt zijn.

[…] Mijn ideeën over armoede zijn in al die jaren gerijpt, ongetwijfeld omdat ik probeerde te leven vanuit het Charisma van Eenheid. Dat charisma betracht immers de universele broederschap en wordt concreet in de wederzijdse liefde, als die erkend en beleefd wordt in relatie met ieder mens. Dan ontstaat een leven van gemeenschap dat ongelijkheden helpt verdwijnen door de persoonlijke ontmoeting: die brengt een broederlijke relatie voort, met een wederzijdse uitwisseling. Mensen ervaren dat ze – ondanks hun verschillende situatie – toch op elkaar blijven gelijken en evenveel waard zijn. Velen ontdekken ook dat iedereen twee waarheden in zich draagt: rijkdom en armoede. Niet iedereen is rijk of arm op alle vlakken. En net daarom kun je van wederkerigheid in de relatie spreken: iedereen kan geven en ontvangen.

Wanneer we in contact met iemand in armoede, ons enkel richten op de hulp die we deze persoon kunnen bieden, komen we op een punt waarop we zijn armoede nog meer benadrukken. Zo verliest de arme eigenlijk ook zijn waardigheid als mens, zo wordt hij dubbel arm: arm economisch en arm als ‘mislukte’ mens. Dit brengt het reële risico mee in een vicieuze cirkel terecht te komen die hem afhankelijk maakt en waaruit hij zich moeilijk zal kunnen bevrijden omdat hij zichzelf daar niet meer toe in staat acht. Wanneer we hem integendeel met liefde benaderen, zullen we wederzijds elkaars capaciteiten leren kennen. Dan bouwen we met deze persoon een relatie op die hem kracht geeft om op te staan.

Jezelf een mens mogen voelen, geeft ruimte voor uitwisseling en aanvulling van elkaar, want mekaars gelijkwaardigheid erkennen, betekent dat we ons beider talenten en tekorten kunnen delen en zo gemeenschap vormen. Rijkdom en armoede behoren dan bij iedereen, en in gemeenschap gebracht kunnen we de armoede omvormen en de rijkdommen vermenigvuldigen, ook al gebeurt de uitwisseling op verschillende vlakken.

[…] Chiara Lubich, die de Gemeenschapseconomie ontwikkeld heeft, paste deze principes al toe vanaf het begin van de Focolarebeweging. In haar geboortestad Trente die zo zwaar getroffen was in de Tweede Wereldoorlog, brachten zij en haar vriendinnen al wat ze bezaten en kregen in gemeenschap. Iedereen die hen leerde kennen, werd betrokken in een daadwerkelijke wederkerigheid van geven en ontvangen. Al het materiële ging rond zodat niemand tekort had: een sociale revolutie vanuit het evangelie. Het is een manier van leven die ook vandaag nog het leven binnen de Beweging kenmerkt.

Toen Chiara in 1991 geconfronteerd werd met de grote sociale ongelijkheid in de miljoenenstad San Paolo en er de Gemeenschapseconomie lanceerde, ging het om een economie van wederkerigheid en liefde, van gemeenschap en broederlijkheid. Deze economie brengt een dynamiek voort waarin het geen belang heeft, en men zelfs niet meer ziet, wie geeft en wie krijgt omdat alles met liefde gebeurt.

Armoede ontstaat vanuit de vele vormen van ongelijkheid die in onze samenlevingen binnensluipen, zelfs zonder dat we ons daar bewust van zijn. Het is belangrijk dat we dat inzien, want telkens we rondom ons een ongelijkheid laten ontstaan of laten bestaan, vergroten we de armoede.

Daarom is het ook waar dat we echt bijdragen in de strijd tegen armoede, elke keer dat we een gelijkwaardige relatie opbouwen met onze broeders en zusters, een relatie die gericht is op het gemeenschappelijk welzijn.

Bron: viering 30 jaar Gemeenschapseconomie

Lees ook