Vreugde in moeilijke tijden: het geheim van de liefde

 

U vindt dit artikel in het geheel ln onze tijdschrift Nieuwe Stad België 2022-1

Chiara Lubich spreekt in uiteenlopende omstandigheden vaak over vreugde. Soms noemt ze de vreugde niet bij naam, maar steekt die in troost, in deugddoende nabijheid, in barmhartigheid, of gewoon in de liefde onder elkaar … Vreugde is immers onlosmakelijk verbonden met elke vorm van liefde. En vooral in volgehouden liefde wordt ze sterk ervaren.

[…] Chiara: “De eerste christenen hadden dé bron van vreugde gevonden in de liefde voor elkaar. Ze waren gelukkig omdat ze ervaarden dat God in hen leefde, dat zij zijn tempel mochten zijn, dat ze zijn kracht zagen. Maar hun vreugde was er niet alleen om ‘goddelijke’ redenen. Ze voelden dat dit een geschenk was dat ze zijn beginnen te ervaren sinds ze van iedereen probeerden te houden. En die vreugde ervaren wij ook nu nog omdat ook wij ons inzetten om te beminnen. De naaste beminnen is alles voor ons om als christenen te leven. (…) Van elkaar houden is wat ons moet onderscheiden, de liefde onder ons. ‘Kijk hoe ze van elkaar houden,’ zei men over de eerste christenen, ‘ze zijn bereid hun leven te geven voor elkaar.’ Zo brengen we de eenheid tot stand waarvan Jezus beloofde: ‘Dit alles heb ik jullie gezegd om jullie te laten delen in mijn vreugde, en zo jullie vreugde volkomen te maken. Dit is mijn gebod dat jullie elkaar liefhebben met de liefde die ik voor jullie heb.’ (cf. Joh 15, 11-12)”

Voor Jou

In gesprekken met personen en groepen van de Focolarebeweging heeft Chiara Lubich op verschillende momenten gesproken over hoe zelfs in moeilijke omstandigheden vreugde kan ervaren worden. Als ze over lijden spreekt, komt telkens een figuur naar voren: die van Jezus aan het kruis die zijn laatste en wezenlijke houvast verliest: Hij voelt zich verlaten door zijn Vader en schreeuwt uit: “Waarom?”

Beseffen dat Jezus het meest geleden heeft op dat moment, is voor Chiara een sleutelmoment. Samen met haar vriendinnen besluiten ze om op de eerste plaats daar liefde te brengen waar er geen liefde is: in aangedaan leed, in een tekort aan liefde in de relatie onder elkaar, in tegenslag, in de zovele mensen die door niemand graag gezien zijn. In al deze mensen en situaties is de lijdende en verlaten Jezus ‘herkenbaar’: ze lijken op Hem, ook zij voelen zich in de steek gelaten, verraden, zien geen uitweg, zijn ontmoedigd, … Hen beminnen geeft een bijzondere en unieke vreugde, want menselijk verdriet en pijn heeft eindeloos veel gezichten die samengevat zijn in het lijden en in het bijzonder in het moment van verlatenheid van Jezus op het kruis. Hij nam alle lijden op zich om ons weer te verbinden met God zijn Vader.

[…] Chiara: “Als ik mijn blik gericht houdt op Jezus in zijn verlatenheid aan het kruis, die in zijn liefde tot het uiterste gaat, dan merk ik dat Hij me altijd nabij is met zijn ingevingen. Dan is het zijn Geest van liefde die me inspireert en die me de kracht geeft ieder ander lief te hebben, zelfs al is die op de een of andere manier mijn vijand. Hij verrijkt mijn hart met barmhartigheid om te kunnen vergeven en de problemen rondom me te begrijpen. (…) Wanneer we Jezus in zijn lijden omarmen, ontstaat er een intense eenheid met God. Deze liefde geeft een diepe vreugde. ”

“Door deze goddelijke alchemie,” zoals Chiara het noemt, die lijden in vreugde omzet, “kan alles voor iedereen brandstof worden voor het vuur van liefde dat we willen aansteken in de hele wereld. Wie in het lijden dat hij tegenkomt een gezicht van Jezus in zijn verlatenheid herkent en Hem bemint, krijgt de kracht om te blijven beminnen, en hij vindt doorheen het lijden de vreugde van Hem die verrezen is.”

Een verplegende vertelt: “Op een keer had ik een dag met weinig werkuren en ik keek ernaar uit. De avond voordien zie ik echter dat het werkschema veranderd is: het wordt een écht zware ronde die ik te doen heb. Ik ben boos en de hele avond worstel ik tevergeefs met die onrechtvaardige planning. Ook die morgen zelf heb ik geen zin om te gaan werken. Als ik de stap zet om die tegenslag te aanvaarden als een gezicht van de verlaten Jezus, kan ik de keuze maken om mijn patiënten ondanks alles graag en goed te verzorgen. Het wordt een lange maar mooie dag, zoals toen ik bij een ontmoedigde patiënt was. Hij had geen zin om op te staan, wilde niet eten. Ik hoorde dat de thuishulp die daar inwoont, verjaarde. We hebben even samen gezongen, zelfs getoast voor hem. Mijn ‘ontmoedigde’ patiënt kwam uit bed en zou er een fijne dag van maken en ik kon mijn ronde blijgezind voortzetten. Dat gevoel kan ik niet anders noemen dan de vreugde die de Verrezen Jezus je geeft, dwars door alle moeilijkheden heen.”

Françoise Supeley, Nieuwe Stad België

Lees ook