Aurelies revolutie

 

Ik ben Aurélie Mbandjoun Ondoa uit Douala in Kameroen. Ik maak deel uit van de lokale focolaregemeenschap. Als psychotherapeute en als initiatiefnemer ben ik verbonden aan het rehabilitatiecentrum Mady Life Foundation. Dit is een centrum voor kinderen en jongeren met een psychomotorische beperking, uit gezinnen met een bescheiden inkomen. Het idee om dit centrum op te zetten was het resultaat van een revolutie in mezelf tegen het systeem waarin ik een tijdlang functioneerde, en ook omdat ik me eindelijk kon losmaken uit mijn eigen ‘beperkte’ stijl van leven. Dit gebeurde na een innerlijke ommekeer na een verblijf op de kankerafdeling waar ik mijn moeder begeleidde tijdens haar behandeling: ik had er veel tijd om na te denken over mijn leven.

Mijn revolutie begon toen ik, als psychotherapeute, verantwoordelijk werd voor de administratie van een revalidatiecentrum. Deze instelling maakte misbruik van een groot aantal toelagen voor de gratis behandeling van patiënten.

Ik had toen de taak om behoeftige kinderen te selecteren en een beoordeling op te stellen zodat ze voor onze financiële partners in aanmerking kwamen om gratis revalidatie te krijgen. Nadat dit administratieve proces doorlopen en goedgekeurd was, werd het geld aan het centrum uitbetaald. Maar zodra het geld in kas kwam, werden alle kinderen voor wie een subsidie ontvangen was, weer ontslagen.

Ik was bij deze corruptie verschillende jaren betrokken omdat ik op de administratie werkte, tot het mij te veel werd. Ik had genoeg van dit bedrog en besloot tot mijn eigen kleine revolutie door alle behoeftige kinderen die door mijn verantwoordelijken waren afgewezen wegens gebrek aan financiële middelen, toch toe te laten tot het centrum. Maar om dit te kunnen verwezenlijken zonder dat iemand er iets van merkte en zonder dat ik het risico liep mijn baan te verliezen, nam ik het initiatief om financiële verslagen, revalidatieschema’s, enzovoort te vervalsen.

Drie jaar lang ging dit door en had ik het gevoel recht in mijn schoenen te staan, tot ik het op een dag niet meer uithield om steeds maar documenten te vervalsen. Ik hield me zelf voor: “Het is de organisatie, niet jij die dat subsidiegeld misbruikt.”

Uiteindelijk gaf ik voor mezelf toe dat anderen helpen door te bedriegen ook zonde is. Daarom besloot ik ontslag te nemen zodra de gelegenheid hiertoe zich zou voordoen. Ik vroeg God om hulp om mijn situatie in het reine te trekken. En die hulp kwam er, met mijn moeder als tussenpersoon. Tijdens haar verblijf op de kankerafdeling drong mijn menselijke zwakheid tot mij door. Ik begreep dat het geen waarde had als ik niet mijn naaste in waarheid en nederigheid kon dienen. Het voelde aan als een volledige ommekeer in mij, en zonder aarzelen ging ik naar mijn verantwoordelijke, diende mijn ontslag in, en gaf haar mijn werkmateriaal en computer terug. Ze was perplex, voelde zich verloren, net als mijn collega’s en de andere mensen om me heen.

Niemand begreep mijn beslissing, zeker niet toen ik nadien aan de slag ging om gratis ondersteuning te bieden aan jonge gehandicapten en hun gezin. Zo werd Mady Life Foundation geboren.  Met de hulp van mijn man startten we plaatselijke initiatieven op voor gezinnen die getroffen waren door de handicap van hun kind. Onze instrumenten waren de gitaar, de piano, educatieve boeken en schilderworkshops. Vaak betrof het gezinnen die gescheiden waren of uit elkaar waren gevallen door de negatieve kijk van de samenleving op hun gehandicapt kind. Deze inzet voor onze doelgroep is vaak de kracht geweest die gezinnen hielp standhouden en de eenheid van verschillende koppels in zekere mate gered heeft. Daarenboven bevorderde het de educatieve integratie van een twintigtal kinderen, waarvan er één tijdens dit schooljaar zijn eindbrevet voor de eerste cyclus behaalde.

Onze stichting kreeg de naam van mijn moeder Madeleine, een vrouw die zich haar leven lang veel offers getroostte om er te zijn voor de zwaksten in de samenleving. Ze zette zich onvermoeibaar in voor daklozen, hielp bij bevallingen van vrouwen die de middelen niet hadden om naar een dagkliniek te gaan, ving daklozen op en hielp personen met een handicap.

We openden onze deuren in oktober 2016 met twee jonge gehandicapten. Nadien groeide het aantal geleidelijk aan. Dit jaar onthalen we vijfendertig kinderen en jongeren, waarvan er vijftien gratis ondersteuning en materiaal krijgen.  Onze doelgroep komt uit alle lagen van de bevolking, maar de prioriteit ligt nog altijd bij jongeren met een verstandelijke en fysieke beperking die in precaire omstandigheden leven.

Ons leidraad is de voorzienigheid, en de manier waarop we werken is gebaseerd op het principe van de Gemeenschapseconomie: iedere medewerker wordt betrokken bij de besluitvorming en de richting die we geven aan onze organisatie. Dit stelt ons in staat om te werken alsof we aan één grote tafel zitten, waar elk lid van de groep wordt beschouwd als een aandeelhouder.

Ons werk heeft ons geleerd om het begrip armoede te begrijpen zoals het in onze samenleving wordt opgevat: arm zijn brengt iemand over het algemeen onderaan de sociale ladder. Gehandicapt zijn gaat bijna altijd samen met armoede, want het gaat vaak gepaard met afwijzing, discriminatie en uitsluiting door vele mensen.

Geconfronteerd met de haatbetuigingen ten aanzien van onze gehandicapte jongeren, de verkrachtingen waarvan onze meisjes het slachtoffer werden en de verschillende onrechtmatige uitsluitingen van onze jongeren die op gewone scholen waren ingeschreven, bedachten mijn man en ik samen een oplossing: we openden aangepaste kunstateliers en richtten centra voor artistieke therapie in. Hier volgen kinderen en jongeren choreografie en dans, woordkunst en visuele kunst. Ze nemen ook deel aan wedstrijden en festivals. De workshops stimuleren de zelfbeheersing en zelfvertrouwen, omgaan met emoties, een betere perceptie van de omgeving en bovenal een duidelijke verbetering van hun levenskwaliteit.

Heel wat ouders die we aanmoedigden om hun gehandicapte kinderen naar school te sturen, zijn daardoor ook vrijer geworden, minder aan huis en zorg gebonden. Zo kregen ze de kans financieel onafhankelijker te worden daar ze een werk hebben kunnen vinden die hun toeliet aan de behoeften van hun gezin tegemoet te komen.

Door de jaren heen is ons werk beloond, want door de ‘kleine Samaritanen van alledag’ te zijn die zich ten volle geven, zien we dat Gods inspiratie geleidelijk aan de mensen om ons heen bewust maakt van het belang van ons werk. Er groeit een grotere verdraagzaamheid tegenover kinderen (en hun gezinnen) met een beperking, meer nog: de mensen in onze omgeving helpen ons steeds meer waar ze kunnen. Zo is het nu de lokale bevolking zelf die ouders aanmoedigt en doorverwijst naar MADY LIFE. En als een kind per ongeluk ongezien het centrum verlaat, wordt het snel teruggebracht door een volwassene uit onze directe omgeving. Deze houding vermindert duidelijk de discriminatie waar onze doelgroep het slachtoffer van was.

De afgelopen drie jaar is ons project ook uitgedijd naar de scholen. Zo worden psychomotorisch gehandicapte kinderen en jongeren geïntegreerd in de gewone onderwijsgemeenschap.

Om onze psychopedagogische dynamiek in stand te houden, streven we ernaar te werken met competent personeel dat focust op de liefde voor onze jongeren. Onze collega’s zijn onze eerste medewerkers en aandeelhouders: ze nemen deel aan vormingen die gericht zijn op het begeleiden van kinderen die anders zijn.

Tot op de dag van vandaag, wanneer mensen vragen naar de kracht en het succes van het centrum, antwoorden we hen gewoon dat God altijd aanwezig is tijdens onze werkdag.

Aurélie Mbandjoun Ondoa (Kameroen)

Lees ook